This article is only available in Dutch.

Review

‘Here’s looking at you…’

Matthias Heyman

The Art of Jazz: A Visual History

Hoe ziet jazz eruit, zo vraagt John Edward Hasse in het voorwoord van The Art of Jazz. Wat verschijnt er spontaan voor uw geestesoog, beste lezer? Een rokerige club gevuld met mannen met fedora’s? Een gestileerde Reid Miles-hoes van een Blue Note-vinyl? Of toch eerder een zwart-witfoto door William Gottlieb? Zo divers als de sound of jazz is, is ook de look of jazz. In The Art of Jazz: A Visual History, dat het midden houdt tussen een koffietafelboek en een geschiedschrijving, doet Alyn Shipton een geslaagde poging om een breed beeld te schetsen van het visuele verhaal van jazz, van zijn voorlopers tot de meest recente, eenentwintigste-eeuwse vormen. Want jazz is meer dan enkel muziek. Het is een look, een picturaal statement, een streling voor het oog, een auditief én visueel plaatje. Dat is althans de premisse van The Art of Jazz.

Shipton, Alyn. The Art of Jazz: A Visual History. Watertown, MA: Imagine! Publishing, 2020, 256 p.
ISBN 9781623545048

Er zijn reeds tal van boeken verschenen die de band tussen jazz en zijn visuele aspecten benadrukken. Veelal gaat het dan om koffietafelboeken waarin het werk van deze of gene bekende jazzfotograaf centraal staat, zoals William Claxtons Jazzlife (Taschen, 2013), of een variant hierop, zoals Who is Peter De Greef? (Belgatone, 2011), over een van de productiefste jazzgrafici die België heeft gekend. Eveneens populair zijn de boeken die platencovers als thema hebben, zoals Jazz Covers (Taschen, 2015), al dan niet met één label als focus, zoals The Cover Art of Blue Note Records (Collin & Brown, 2018). Maar foto’s en grafiek zijn slechts een deel van het verhaal. Dergelijke beeldende catalogi besteden meestal weinig aandacht aan de bredere context. Het betreffende werk en de kunstenaar (zelden kunstenares, zoals zowat alles in de door mannen gedomineerde wereld die jazz is) gaan veelal vergezeld van een summiere biografische schets, maar een grondige analyse van de ontwikkelingsgeschiedenis, het gebruikte medium en de sociaal-culturele impact blijven uit. Deze aspecten komen op hun beurt aan bod in academische literatuur. Sedert de jaren tachtig is de relatie tussen jazz en het visuele geregeld het onderwerp van onderzoek. Zo staan respectievelijk film, mode en choreografie centraal in Krin Gabbards Jammin’ at the Margins: Jazz and the American Cinema (The University of Chicago Press, 1996), Alphonso McClendons Fashion and Jazz: Dress, Identity and Subcultural Improvisation (Bloomsbury, 2015) en Kristi Jay Wells’ Between Beats: The Jazz Tradition and Black Vernacular Dance (Oxford UP, 2021). Hoewel deze en soortgelijke studies uitgebreid geïllustreerd zijn, overheerst hier de culturele analyse en minder het pure kijkgenot.

Met The Art of Jazz brengt Shipton deze twee elementen, het intellectuele en het zintuigelijke, samen. In een symbiose van tekst en beeld krijg je als lezer een chronologisch overzicht van ongeveer 120 jaar jazz in al zijn vormen. En dat laatste mag je letterlijk nemen. Naast de te verwachten aandacht voor foto’s en platenhoezen komen tal van andere visuele aspecten aan bod, waaronder kledij, muurschilderingen, postzegels en zelfs esthetisch opmerkelijke instrumenten zoals Christian Scott aTunde Adjuahs reverse flugelhorn. Een lezer kan dan ook veel kanten uit met dit boek. De leek kan genieten van de meer dan driehonderd hoogwaardige reproducties van diverse jazzgerelateerde kunstwerken; de doorgewinterde jazzfan kan een andere, minder bekende kant van jazz exploreren; de beeldend kunstenaar kan zich laten inspireren door de vele bekende (Warhol! Kubrick! Douglas!) en onbekende artiesten. Je kan het volledige verhaal chronologisch volgen of er, geprikkeld door deze of gene afbeelding, korte beschrijvingen uit savoureren. Kortom, het is een boek dat enigszins analoog is aan jazz zelf: creatief, eclectisch, steeds verrassend.

Een dergelijk ambitieus werk vraagt om een ervaren iemand die van vele markten thuis is. Zo iemand is Shipton. De Brit is sedert de jaren tachtig actief in het jazzmilieu, waar hij vooral bekend staat als contrabassist en radiomaker (voornamelijk voor BBC Radio 3). Daarnaast is hij historicus, auteur, redacteur en uitgever. Hij is dan ook gewend om zich tot een divers publiek te richten, van fans tot musici. Dat de schrijver tevens jazz research fellow is aan de Royal Academy of Music te Londen, maakt dat dit boek met de nodige academische rigueur is samengesteld. Shipton is voor het eerst op mijn radar gekomen door zijn monumentale A New History of Jazz (Bloomsbury, 2001/2008), een andersoortige jazzhistorie met aandacht voor aspecten die in de vele andere geschiedschrijvingen over het hoofd gezien worden. Deze lijn zet Shipton verder in The Art of Jazz, dat gelardeerd is met secties die allerhande onderbelichte aspecten op de voorgrond zetten. Zo gaat hij in op de rol van vrouwen in vroege jazz, in dit verband vooral over hoe portretfotografie bepalend was voor het imago van vrouwelijke vocalisten (vooral blues). Het transformeren van de blues van een ruraal fenomeen tot een heus commercieel genre liep immers niet louter via de muziek zelf, maar evenzeer via de glamoureuze look die de artiesten zichzelf aanmaten, zo leren we ook uit de recente Netflixproductie Ma Rainey’s Black Bottom. Ook verderop in het boek komen vrouwen geregeld aan bod, en niet altijd in de voor de hand liggende rol als zangeres. Zo wordt de sectie over de hedendaagse Londense jazzscene opgehangen aan beelden van saxofoniste Nubya Garcia en violiste Alice Zawadzki. Uit de keuze voor deze en andere jonge, veelal onbekende jazzmusici blijkt duidelijk dat Shipton niet louter over historische kennis beschikt, maar tevens de vinger stevig aan de pols heeft wat betreft hedendaagse jazz.

Met secties gewijd aan albumhoezen en foto’s van Zuid-Afrikaanse en Oost-Europese jazzmusici doorbreekt Shipton de enge geografische grenzen die vaak worden gehanteerd. Het spreekt dat de focus veelal op de Verenigde Staten ligt, maar jazz werd nu eenmaal geëxporteerd op hetzelfde moment als waarop het werd geconcipieerd. In dit boek krijgt de iconografie omtrent de in België geboren Franse zigeuner Django Reinhardt ruimschoots aandacht, maar daar waar Reinhardt door andere historici vaak gebruikt wordt als doekje voor het bloeden om het toch maar over niet-Amerikaanse jazz te hebben, betrekt Shipton tal van andere perspectieven in zijn verhaal. Zo fileert hij de (visuele) receptie van jazz in nazi-Duitsland, en bespreekt hij de populaire maar enigszins genegeerde trad jazz-scene in het Europa van de jaren vijftig en zestig. Hiermee plaatst Shipton zich met beide voeten in de recente discipline van jazz studies, waarin men tracht voorbij te gaan aan een al te eng begrip van jazz, dat zelfs nu nog vaak wordt beschouwd als exclusief Amerikaans, mannelijk, en terend op de zogeheten artistieke genieën. The Art of Jazz is daarmee niet zomaar een historisch overzicht van de belangrijkste jazz-geïnspireerde kunstwerken, maar een innovatief werk dat de complexe mozaïek die jazz was, is en wordt, in beeld én woord brengt.

Met meer dan driehonderd illustraties kan je als lezer niet klagen, maar je voelt wel dat Shipton lastige keuzes heeft moeten maken. Verschillende visuele artefacten worden in de tekst beschreven maar niet getoond, wat maakt dat je het boek het best leest met het internet bij de hand, kwestie van die ontbrekende werken zelf opzoeken. Anderzijds houdt de strenge selectie het boek beheersbaar; doordat het geen Bijbelse proporties heeft, valt het makkelijk door te snuffelen. Ook elders zijn, noodgedwongen, keuzes gemaakt. Referenties aan Zuid-Amerika of Azië ontbreken grotendeels, en iedere lezer kan wel enkele werken aanhalen die niet worden besproken of getoond. Zo verdienden wat mij betreft Whiplash (2014) en La la land (2016), mainstreamfilms van Damien Chazelle die alom geprezen worden om hun visuele zeggingskracht, best wel een plek in dit boek. Dit is evenwel detailkritiek voor wat verder een lovenswaardig werk is; compact en toch compleet, met een mooie balans tussen beeld en tekst. Rest ons enkel nog één verzoek: graag meer van dat! Hoe klinkt The Art of Jazz – Another Visual History?

+++

Matthias Heyman

Universiteit Antwerpen

matthias.heyman@uantwerpen.be